Dit is ook mijn vakantie – muzikaal verhaal

“Dit ben ik, met mijn nieuwe wandelschoenen, helemaal uitgerust en braaf nog.” Hij hoogtevrees. Zij onverschrokken. In dit korte verhaal van Werner de Valk pakt een hike door de bergen wel heel anders uit dan verwacht. Na afloop zijn daar gelukkig altijd nog de foto’s.

De parkeerplaats, waar we begonnen aan onze wandeling. Onze hike, pardon. Als je de bergen in gaat heet het hiken zei je, niet wandelen. Dit ben ik, met mijn nieuwe wandelschoenen, helemaal uitgerust en braaf nog. Zacht, wil ik het noemen.

Op deze foto meteen het eerste stukje dat ik niet durfde. Geinig hè, toen al? Zie je die uitdrukking? Gek dat je van hoogtevrees, angst om te vallen, juist slap in je benen wordt.

Jij had natuurlijk nog even naar beneden gekeken, op je buik aan de rand. Je had het over base jumps de fjord in, zoiets, maar ik verstond het niet. Ik probeerde mijn ademhaling onder controle te krijgen.

Letten we nog een beetje op? We vonden een weg om die afgrond heen, hebben nog dagen gewandeld dus er zijn zat plaatjes. Volgende.

Je orgasme echode tegen de berg, en niemand die je kon horen.

Hier lijk ik al wat vermoeider. Maar er zit ook iets van trots in die ogen, zie je? Dat ik het avondeten verzorgde, dat allemaal zelf had voorbereid. Dat ik wel met het mes om kon gaan.

Dit is die waterval… de volgende ochtend? Hier hebben we voor het laatst gevreeën. Zó koud, maar het meest heldere water dat ik ooit heb gezien, helemaal voor ons alleen. Je orgasme echode tegen de berg, en niemand die je kon horen.

Nog een afgrond, heel leuk, doe maar weg, volgende foto.

Volgens mij probeerde ik hier iets met touwen te fixen. Lukte ook al niet, natuurlijk, vond je grappig. Zó grappig, hoe ik alles net niet kon of net niet durfde. Maar het idee was goed, de constructie zelf. Het was gelukt als je me wat meer tijd had gegeven. We hadden daar prima kunnen slapen.

Hier had ik jou vastgebonden. Dat vond je echt spannend, hè, dat je niet los kon komen? Jezus, ik heb je nog nooit zo geil meegemaakt.

Ik had duidelijk gezegd dat ik het eng vond en dat we heel dat pad ook weer terug zouden moeten, langs die diepte.

Daar zie je hier al niets meer van. Deze is van na de ruzie van die ochtend geloof ik, dat ik terug wilde en dat jij dat toch echt zonde vond. Hallo, kijk je wel?

O ja. De grote vastgeklemde kei. De trekpleister bovenaan de fjord waar we langs moesten. Ik had duidelijk gezegd dat ik het eng vond en dat we heel dat pad ook weer terug zouden moeten, langs die diepte.

En bovendien: de natuur wordt zo een attractie, een product. Dat er zelfs jonge kinderen waren vond ik echt onverantwoord, zo hoog. Alles kan zomaar losschieten, zelfs grote keien.

Is hoogtevrees – Sorry, iets stiller alsjeblieft, ik kan mezelf zo niet verstaan. Is hoogtevrees eigenlijk wel een afwijking? Is het niet gewoon verstandig om bang te zijn om naar beneden te flikkeren? Voelde je dan helemaal niets als je daar liep? Je bent gek als je niet bang bent om te vallen. Iedereen die op die kei durfde te staan, is gek. Jij bent gek, ik niet.

Hier, dit is volgens mij het beekje vlakbij die overnachting, toen je me in het water duwde omdat ik een domme opmerking maakte over mijn waterfilter. En dat je daarna precies hetzelfde grapje maakte als ze vroeger deden, als ik weer eens druipend het water uitklom. Dat ik op een nat hondje leek, en waarschijnlijk ook zo zou ruiken.

In het water kun je zinken, diep en traag, maar tenminste niet verder vallen.

Dit is… vreemd, geen idee. Wel een goede compositie, met die boot onderin, zo klein, en hoe die rotswand in het water weerkaatst. Heb jij deze gemaakt? Blijf een beetje rechtop zitten joh, ik ga je niet nog steviger vastmaken, straks knapt het.

O ja, zo herken ik de boot wèl, en die hadden we hierna in het water gesleept, toch? Volgende? Ja, eenmaal in de boot was het een stuk prettiger. Laag bij het oppervlak. In het water kun je zinken, diep en traag, maar tenminste niet verder vallen.

Hé, dit ben jij. Gek, herinner ik me ook niet. Wat kijk je bedrukt. Maar dat uitzicht, en het water zo strak. Ik vond het hier het fijnst, zo stil. Zo volkomen stil. En kijk! Helemaal in de verte dit mooie nieuwe huisje. Hebben we dat toen gevonden?

Ah, de voordeur. Wijd open. Toen nog wel.

Zo typisch: alles van hout, een zwart dak en donkerrode muren. Ons nieuwe huisje, waar jij niet heen wilde, maar ik wel. Want dit is ook mijn vakantie.